Sprong vooruit op de arbeidsmarkt
Grote trom
Als wij met de politiek praten en Tweede Kamer en Kabinet aansporen meer middelen ter beschikking te stellen voor onze opleidingen, krijgen we steevast de vraag terug wat we zelf doen om het restauratievak aantrekkelijk te maken voor nieuwkomers. En daar hebben ze een punt. Restauratiebedrijven, gekwalificeerde bedrijven, van architect tot gespecialiseerde aannemer, zijn traditiegetrouw wat in zichzelf gekeerd. Dat is inherent aan het restauratievak. Sterk ambachtelijk gerichte werkzaamheden, gebaseerd op vakmanschap dat soms generaties lang gekoesterd wordt, sporen niet gemakkelijk aan tot glamourachtige marketingcampagnes zoals voor parfums en casino’s. Restauratiebedrijven roepen niet van de daken hoe goed ze zijn en hoe aantrekkelijk het is er te werken. Ze roeren de grote trom te weinig. Dat beperkt de noodzakelijke vernieuwing en verjonging. Het merendeel van de bedrijven kent een verouderend medewerkersbestand.
Omdat het regulier bekostigd onderwijs (vmbo, mbo, hbo en wo) niet meer opleidt tot restauratiemedewerker, lijkt ook die weg afgesneden om jongeren voor het restauratievak te interesseren.
Panorama
Nu kunnen we twee dingen doen. Of bij de pakken gaan neerzitten en denken dat het blijft zoals het altijd is gegaan, of de sprong naar voren nemen. Alle gekwalificeerde bedrijven in de monumentenzorg hebben voor het laatste gekozen. En ze denken daarbij niet aan een sprongetje, maar echt aan een hele grote sprong, zo’n sprong die je in Duitse legenden tegenkomt. Architecten, hoofdaannemers en gespecialiseerde aannemers in de monumentenzorg hebben daarom de handen ineengeslagen en besloten een panorama te maken van alle sterke en aantrekkelijke kenmerken van het werk aan monumenten. Een panorama dat jongeren móet aanspreken. En dat blijkt wondermooi te vullen. Een paar voorbeelden: uitstekende carrièreperspectieven; een prima cao; naast handenwerk veel denkwerk; volop ict-toepassingen; unieke historische projecten; geen massa- maar stukwerk; maatschappelijke vraagstukken als verduurzaming en energietransitie projecteren op eeuwenoude gebouwen; en nog veel meer.
Wij zijn er van overtuigd met elkaar veel meer jongeren te kunnen aanspreken dan nu het geval is. Als ergens het gezegde “onbekend maakt onbemind” opgeld doet, is het in de monumentenzorg.